Politiek gevangene

Jan Elzinga
Boutenkoning
22 jaar

Bij het uitbreken van de oorlog is Jan Elzinga dienstplichtig militair. Hij wordt door de Duitsers geïnterneerd als krijgsgevangene. Na zijn vrijlating kan hij een baan krijgen bij de Marechaussees en wordt geplaatst bij de Brigade Grootegast, in het westelijk deel van Groningen. Daar krijgt hij in maart 1943 het bevel joden op te pakken en naar Westerbork te brengen. Hij weigert en wordt met de hele brigade naar Vught gebracht.

Wie eenmaal de grote poort van de Kommandantur is binnengegaan wacht een leven van angst en terreur

Elzinga is niet de enige die het dienstbevel niet opvolgt. Tien collega's hebben net als hij geweigerd dat te doen. De elf mannen van de brigade moeten nog dezelfde dag op het hoofdbureau komen. Daar wordt aan ieder afzonderlijk gevraagd alsnog joden op te halen. Allen weigeren opnieuw. De volgende dag laadt de SD ze in een busje en brengt ze regelrecht naar Vught. Bij het instappen worden ze één voor één geteld: elf man. "Nee", zegt hun woordvoerder kalm, "wij zijn met 12, want God reist altijd met ons".

Mede-gevangene Wim Vlijm vertelt over dit voorval later:


Aankomst in Vught

een gevangene 'over de bok' moet zelf hardop de stokslagen tellen, tekening J. ZwartElzinga vertelt over de aankomst in Vught:

Uit: interview J. ElzingaBij de ingang van het kamp werden we uit de auto geschopt en de huid vol gescholden. We werden uit onze uniformen getrapt en toen kregen we kampkleding aan... De eerste de beste zondag moesten we al stenen en modder kruien. En daar werden we getreiterd en geslagen. Er was een SS-er met een zweepje en die sloeg dan. We realiseerden ons dat wij bedreigde mensen waren. Dat als er wat gebeurde bij de politie, dat wij als represaille daarvoor doodgeschoten zouden kunnen worden...

selectie

Aan het werk bij Philips
Na korte tijd gaat de Brigade Grootegast in zijn geheel deel uitmaken van het Philips-Kommando. Ze hoeven geen stenen meer te kruien. De politiemensen worden nu aan het werk gezet aan de radioband. In de Philips werkplaats zetten ze bij voorkeur mensen die elkaar kennen aan hetzelfde werk, dat verbetert de werksfeer.

Jan Elzinga in een interview:
Uit: interview J. Elzinga...Daar buiten bij het graafwerk liep er wel eens een tegen de lamp en die kreeg dan op zijn falie met de één of andere stok of zo iets... Maar bij Philips werd niet geslagen, dat durfden ze niet te doen...


Werkomstandigheden

Aan de radioband worden door Elzinga en zijn collega's radio-onderdelen geassembleerd tot kleine radio's. Het materiaal wordt geleverd door de fabriek in Eindhoven. De voltooide producten worden weer daarheen teruggebracht, gecontroleerd en verkocht.

De werkomstandigheden zijn de eerste maanden niet ideaal. De elektriciteit valt nogal eens uit, en de materiaalaanvoer stagneert. Bij donker weer ligt het werk stil, want er is niet voldoende verlichting. Zo is de productie laag, maar niemand zit daar mee.


Smokkelen van briefjes
Elzinga vertelt hoe bij de radioband briefjes werden gesmokkeld:


Sabotage
Uit: interview J. ElzingaMaar we deden het ook anders. Onze wachtmeester Boonstra zat aan het einde van de band en daar gingen die kleine toestelletjes die we daar maakten, die kwamen allemaal in doosjes. We zorgden ervoor dat op een dag onze illegale brieven werden verzameld. In één van die doosjes deden ze dan geen toestelletje, maar allemaal illegale brieven met een zware steen erin. Een code erop. In Eindhoven werden die er uit gehaald en verstuurd. Mooi werk.

Boutenkoning
De stevige kerels van de brigade Grootegast maken indruk op hun medegevangenen, ook door hun onverzettelijke houding. Ze leven vanuit een sterke geloofsovertuiging en helpen daarmee anderen. Als Jan Elzinga van de radioband weggaat, omdat hij tot 'boutenkoning' bevorderd wordt, heeft hij daar alle kans toe. Zijn taak is om soldeerbouten te repareren bij degenen die er mee moeten werken, vaak jonge vrouwen. Dan kan hij ondertussen een bemoedigend woord spreken aan de werktafels of een bijbeltekst meegeven.

De 'hagepreek' van dominee Boodt (tek R.Dozy)

Hagepreek en zingen
Het zijn ook de mannen van de brigade die de verboden kerkdiensten met dominee Boodt organiseren op vrije zondagmiddagen.


Elzinga herinnert zich:

Uit: interview J. ElzingaTijdens onze werkzaamheden bij Philips hebben we uiteraard ook het kerstfeest meegemaakt... We hadden daar een interne installatie, een microfoon met luidsprekers... Iemand stelde voor dat wij daar wel eens een paar kerstliederen konden zingen voor de Philipswerkers, want de Duitsers waren met Kerstmis altijd wat soepeler. Dat is met de leiding van Philips besproken en die voelde daar wel voor. Met kerstmis hebben we kerstliederen gezongen voor de menigte daar, kerkelijk of niet-kerkelijk. We moesten het de dag erop herhalen. Iedereen was aangedaan.


de bunker
Bunkercel
In het voorjaar van 1944 ontsnapt een ter dood veroordeelde gewonde politieman uit het Revier. Als strafmaatregel worden de marechaussees van de brigade eenzaam opgesloten in de Bunker, in een koude en vochtige cel. Jan loopt er een zware longontsteking op. Na twee maanden wordt hij weer vrij gelaten en kan dan op de Tekenkamer van de Philips werkplaats aan het werk.

Een deel van de brigade Grootegast gaat vóór de zomer van 1944 op transport naar Duitsland. De anderen worden in augustus 1944 in vrijheid gesteld, onder hen Jan Elzinga. Na thuiskomst gaat hij niet terug naar de marechaussees, maar duikt onder en gaat in het verzet

terug...